dinsdag 14 juli 2015

Bruno Grönings jonge jaren, zijn eerste bijzondere daden en voorspellingen




Fragmenten uit de familiegeschiedenis  door Georg Gröning, oudere broer van Bruno Gröning.

Onze vader August Gröning was een rechtschapen, gelovig en eerlijk ambachtsman, voorman in de bouw, die in zijn werk bij diverse bouwondernemingen in hoog aanzien stond en een prima reputatie genoot.

Onze moeder Margarete stamde eveneens uit een ambachtsfamilie familie van hoog aanzien.
Hoe rijk en vol zegeningen was het leven van mijn ouders, vergelijkbaar met een stroom, machtig en sterk, ja edel en overvloedig aan moois.

Iedere keer als ik naar vreemde mensen kijk vraag ik me af ‘wat was dat heerlijke, het bijzondere, wat mijn ouders verenigde? Wat was dat sublieme dat mijn ouders  hadden?’

We waren met zijn zevenen, vijf broers en twee zussen. Onze broer Bruno leefde zeer teruggetrokken en was van jongs af aan een einzelgänger, op zijn manier een zonderling. Alleen als er iets bijzonders was, bijvoorbeeld een verjaardag in de familie of een heilige communie, dan was Bruno aanwezig en dan wij hij er ook voor de volle 100 procent bij.

Bruno Gröning is de derde van links


Al van kleins af aan kwam telkens het thema Bruno onder de aandacht. Steeds weer scheen het een bijzonder voorteken: ‘de kleine Bruno in de armen van de moeder’.

De vroedvrouw, een oudere vrouw die ik nooit vergeten zal, zei herhaaldelijk: ‘wat is dat toch met jullie familie.’ Ze schrok zelfs terug van mijn moeders bed en zei: ‘ik zie een zonnestraal die moeder en kind met een bijzondere helderheid verlicht.’

Bij familiefeesten was het een gevleugelde uitdrukking wanneer de gelegenheid zich daarvoor bood. Vader werd er onrustig en angstig van en hij vluchtte in zijn bezorgdheid in de armen van de geestelijke die jaarlijks bij bepaalde plechtigheden, zoals de katholieke kerk voorschrijft, bij ons thuis kwam.

Nog een gebeurtenis staat me ook nu nog helder voor de ogen.

Ik was nauwelijks 3 jaar, mijn broer Bruno ongeveer 9 maanden. Onze woning was op de eerste verdieping. Wij lagen tegen 6 uur ‘s avonds al in bed, terwijl mijn oudere zus en broer ongeduldig op de uitkijk naar mijn vader op het balkon stonden. Toen ze onze vader zagen aankomen verloren beiden, Maria en Karl, van louter opwinding hun evenwicht en vielen van het balkon in de voortuin, zonder noemenswaardige schade op te lopen.  Hun beschermengel had beiden zo zachtaardig laten vallen, dat zij het ijzeren tuinhek in de voortuin niet raakten, maar met wonderbaarlijk geluk in de armen van hun naderende vader terechtkwamen. Het gebeurde met zo’n snelheid dat niemand in de woning er iets van gemerkt had, tot mijn broer Bruno, die toentertijd nog niet kon spreken, impulsief begon te huilen en toen mijn moeder verscheen op onbegrijpelijke wijze naar het balkon wees. Mijn moeder rende naar het balkon en zag wat er gebeurd was. Ze kon zich ervan overtuigen dat de beide kinderen Maria en Karl ongedeerd waren en veilig in de armen van hun vader van de schrik bekwamen.

Dat was de eerste daad van Bruno Gröning waarvan de grootheid pas later tot ons doordrong.

We bezochten allemaal de katholiek Volksschule in Danzig-Oliva. Bruno was een goede gemiddelde leerling, hoewel hij aan bepaalde spelen niet meedeed, hij ging zo zijn eigen weg. Zijn lievelingen waren de dieren, waaraan hij van jongs af aan al bijzondere aandacht schonk.

Toen hij acht jaar was, het was op 29 maart 1914, bleek weer de geestelijke kennis van Bruno Gröning toen hij voorspelde dat binnenkort oorlog zou komen, waarop onze vader deze gedachte luchtig wegwimpelde en zei: ‘jongen, wat weet jij nou van oorlog!’ Maar onze Bruno hield voet bij stuk.

Bruno wist meer dan wij, hij bleef bij zijn voorspelling, hij voelde de zwaarte van de naderende tijd.

Het was zaterdag 1 augustus 1914 toen wij met de ouders van onze grootouders, bij wie wij de dag hadden doorgebracht, naar huis gingen. Plotseling niet ver weg van ons huis, begonnen de klokken te luiden.  Ze kondigde de mobilisering voor de opdoemende  1e wereldoorlog 1914-1918 aan. Diep stilzwijgen alom, een nachtmerrie voor al diegenen die het aanging, en wie ging een mobilisering destijds niet aan?

Thuis aangekomen vond vader de oproep.  Een afscheid met goede raad voor de kinderen en troostende woorden voor moeder, die nu alleen met haar zeven kinderen achterbleef. Op het laatste moment liep Bruno naar zijn vader en stopte hem een klein wit onbeschreven blaadje papier in de hand en zei dat hij wel lang weg zou blijven, maar dat hem niets zou overkomen, hij moest alleen het papiertje bij zich dragen.

Onze moeder werd eveneens in een wapenfabriek te werk gesteld en wij bleven onder de hoede van onze oudste zus Maria, die nu voor ons zorgde. In 1917 werd ook Maria opgeroepen zodat wij kinderen nog meer aan onszelf overgeleverd werden.

In 1918 kwam vader ongedeerd thuis en wij gingen volledig in Bruno’s talisman geloven. Later zou Bruno balletjes van zilverpapier als talisman uitdelen, zoals toen het kleine papiertje de geheime leiding en bescherming dat vader door vier jaar oorlog leidde.

Later in 1939, aan het begin van de 2e wereldoorlog herhaalde zich de gave met het lege stukje papier bij alle familieleden.  Deze gift werd door ons allen gekoesterd en later zal hier nog verder op worden teruggekomen.

Onze moeder overleefde de 2e wereldoorlog met de volledige vernietiging van alle materiële en geestelijke waarden niet meer. Het lot had het bijzonder goed met haar voor, want ze was hooggevoelig en had de gevolgen van een tweede bloedvergieten en de latere tragische verdrijving niet aangekund.

Om nog nader op het persoonlijke werk van Bruno in te gaan kan ik zeggen dat hij iedereen de helpende hand bood.  Had bijvoorbeeld iemand in de familie kiespijn dan ging Bruno naar hem toe, keek naar de kies om de pijn te doen stoppen en zo zijn eerste krachten te testen.

In 1944 voorspelde Bruno al de vlucht van alle grensbewoners. Toentertijd dacht nog niemand aan vluchten en dat idee leek ons onwaarschijnlijk..   Inderdaad was in 1945 de tijd gekomen dat wij – zoals Bruno al voorspelde – ons geboorteland moesten verlaten. Zij voorspelling was uitgekomen.


In 1947 verhuist  Bruno naar Westfalen en is hij niet meer de einzelgänger.  Zieken zoeken hem op om genezing te vragen. In 1949 is zijn grote doorbraak in het openbaar.

woensdag 1 juli 2015

Troostvogels

Wanneer je soms iets naars beleeft
Je niet mag uitgaan door de regen
Of slaande ruzie hebt gekregen
Met iemand waar je veel om geeft

Als speelgoed door een mankement
Niet meer zo leuk is als tevoren
Je kwartje ergens is verloren
Kortom, als je verdrietig bent

Dan komt de vogel met een lied
Je hoort het, maar je ziet hem niet
En als hij voor je heeft gezongen
Dan vliegt hij weg met jouw verdriet

Zolang er kinderen bestaan
Is hij ze altijd komen troosten
In Doesburg of in 't Verre Oosten
Of waar hij ook naar toe moest gaan

De vogel is in al die tijd
Nog nooit beschreven of geschilderd
Is hij beeldschoon of erg verwilderd?
Daarover heerst onzekerheid

In elk geval, hij meent het goed
Hoewel door alles wat hij doet
Je kans hebt dat je noodgedwongen
Een tijdje op hem wachten moet

Dan komt de vogel met een lied
Je hoort hem, maar je ziet hem niet
En als hij voor je heeft gezongen
Dan vliegt hij weg met jouw verdriet


drs. P
Uit: Tante Constance en tante Mathilde, Uitgeverij Nijgh & Van Ditmar, 1999